BKC plus uitstap donderdag 24 april
Tongeren

Met 18 plussers rijden we op deze zonnige (zoals besteld) donderdag naar Limburg. Eerst bezoeken we het wijnkasteel Genoels-Elderen (Kasteelstraat 9 te 3770 Riemst), beter gekend als het kasteel uit de TV serie Zuidflank. Hier proeven we van de wijn of een lekker streekbiertje of drinken een kopje koffie. We bewonderen de mooie omgeving rond het kasteel.

Vervolgens rijden we een kleine 3 km verder op in Riemst naar de Waterburcht Millen. Dit kasteel - voor het eerst vernoemd in 1365 en oorspronkelijk omringd met water, vandaar de naam Waterburcht - behoort tot een van de blikvangers van toeristisch Riemst. Binnen vonden we er een bezoekerscentrum rond het thema 'Burchten en Versterkingen in de Euregio Maas-Rijn'. In het plaatselijke museum duik je onder in het dagelijkse leven van de landadel uit het einde van de 16de , begin 17de eeuw.

In de brasserie genieten we van een lekker aperitiefje op het ruim en zonnige terras en op de eerste verdieping heeft de patroon voor ons de tafel gedekt. Na de lunch blijven we nog lekker wat genieten op het terras.

Dan trekt de stoet naar Tongeren, de oudste stad van Vlaanderen. We parkeren de wagens op de gratis parking op de en we klimmen lichtjes omhoog tot aan de Grote Markt, waar Ambiorix onze groet.  De Mijlpaalroute leidt ons door de geschiedenis en het rijke erfgoed van de stad Tongeren. We volgen de rode route en bezoeken de basiliek en de Romaanse kloostergang, we wandelen langs het Gallo-Romeins museum, zo via het Gerechtshof naar het Agnetenklooster. In het begijnhof houden we halt bij het begijnhofmuseum.
In het begijnhof is één van de huisjes ingericht als museum, Beghina.  We worden buiten begroet door twee (echte ?) begijntjes, witte kap, zwarte pij, missaal in de hand en …moderne sportschoenen. Aan de ingang van het museum werd een beeld van een begijntje geplaatst.  In het kleine huisje is het even drummen om ons gezelschap binnen te laten.  We doorkruisen de kleine kamertjes  om via een steile draaitrap op de zolder te belanden. Hier houdt een wassen biddend begijntje de wacht (was dat even schrikken !). Op deze plaats werd vroeger de was gedroogd.  We leren dat de begijntjes slechts tweemaal per jaar de was deden. De vuile kleren werden zolang  bewaard. De vuile was werd dus niet buitengehangen.  Hier bekijken we een film over de vele begijnhoven in Vlaanderen, waaronder Antwerpen, Lier, Hoogstraten, Gent en Brugge. De eerste vermelding van dit begijnhof dateert van 1239. Als iedereen zonder ongelukken via de moeilijke trap  beneden is geraakt, krijgen we een rondleiding in de woonvertrekken.  Vele uitdrukkingen uit onze taal dateren uit die tijd: de kluts kwijtraken, iets in de doofpot steken, warm onthaald worden, een snotneus (om olie op te vangen), waar rook is, is vuur (’s avonds moesten de vuren uit), de rode draad (om juist te naaien), van hetzelfde laken een pak, een tandje bijsteken (aan de haak boven het haardvuur), eigen haard is goud waard (alleen rijke begijntjes hadden een eigen haardvuur), korte metten maken met iets, enz.
In de kelder  proeven we nog een vlierbloesemdrankje  of  een ambachtelijk begijnenbiertje (geheim ingrediënt look).  

We wandelen verder langs het Brouwershuis, de Herberg de Pelgrim, Sint-Usulastraat, de Infirmerie en kapel, langs de Moerenpoort op de Leopoldwal om dan via de Gasthuiskapel terug te keren naar de Grote Markt.

Veel foto’s kunnen jullie vinden op de website van Boeckenberg (tabblad Activiteiten, fotogalerij).

Onze volgende uitstap is gepland op dinsdag 20 mei 2014. Meer info in volgend clubblad.

Marc en Lut